Sabotage in Japanse fabriek

Niihama
April/mei 1945

Een scheut poeder van een zwaar gesteente in de lagers van de machine en het was gedaan. Begin 1945 lukte het Harry Doornik en een paar van zijn kameraden, krijgsgevangenen in Japan, een machine plat te leggen. Tot het einde van de oorlog konden de Japanners de machine, die gebruikt werd voor de productie van zwavelzuur, niet meer gebruiken.

Op meer dan vijfduizend kilometer van Nederlands-Indië waren tijdens de Tweede Wereldoorlog achtduizend Nederlandse krijgsgevangenen geïnterneerd in Japan. Een van hen was de twintiger Harry Doornik, een Indische KNIL-soldaat. Toen de oorlog uitbrak had hij vroegtijdig zijn studie moeten afbreken en kwam hij in militaire dienst. Hij werd al snel krijgsgevangen gemaakt en naar Japan verscheept. De bestemming was kamp Niihama, op het eiland Sikoku. In april 1943 kwam de groep krijgsgevangenen met Doornik aan.

De Japanners stelden de krijgsgevangenen te werk in de fabrieken van de Sumitomo Groep, een concern met verscheidene takken in de Japanse industrie. De fabriek waarin Doornik gedwongen was te werken fabriceerde zwavelzuur uit pyrietsteen. Het zwavelzuur werd gebruikt voor de productie van kruit. De ovens bereikten bij het proces temperaturen van wel 1200 graden Celsius. Doornik had de leiding over een werkploeg van twaalf man.
 
Een van hen, F. de Gruijter, kwam met het plan de machinerie stil te leggen. Samen met een aantal medegevangenen smokkelde Doornik het poeder van een zwaar gesteente, genaamd amaril, beetje bij beetje naar binnen. Tijdens de sabotagedaad hield Doornik de Japanse bewakers in de werkplaats in de gaten en zorgde ervoor dat het werk gewoon doorging.
 
Na een grote hoeveelheid amarilpoeder verzameld te hebben, vermengden de mannen het met olie. Begin 1945 werd dit mengsel in de pompinstallatie gegoten waardoor het in de lagers terechtkwam. Na een dag kwam met veel lawaai en geweld de machine tot stilstand. Voor de Japanners was het onbegrijpelijk waardoor de machine ermee ophield – de sabotage is niet ontdekt. De rest van de oorlog is de machine niet meer in gebruik geweest. 

  • Harry Doornik (voorste rij, tweede van rechts) en zijn mede-voormalig krijgsgevangenen. Niihama, Japan, 9 september 1945. Bron: Privé collectie familie Doornik

  • Een pentekening van een transport van krijgsgevangenen per schip (vervaardiger R. J. De Vries). Bron: Collectie Museon Den Haag

Vorige | 1 - 2 | Volgende